Foto Kick Smeets

Op 1 november werd azc Oegstgeest geopend. In de voormalige GGZ-instelling wonen statushouders en spoedzoekers uit de gemeente op één locatie. Locatiemanager Baukje van Dijk is met haar team bezig om het azc ‘up and running’ te krijgen. Tegelijkertijd wil ze bewoners een vlotte start met hun integratie en participatie kunnen bieden.

Baukje van Dijk

“De media-aandacht in april over de looproute van azc-bewoners naar de winkelstraat van Oegstgeest heb ik zijdelings meegekregen. Ik wist toen nog niet dat ik locatiemanager zou worden en had het druk met mijn andere locatie in Rijswijk. Iemand uit Oegstgeest pleitte ervoor dat onze bewoners niet door de villawijk mochten lopen. Maar het COA kan en wil bewoners natuurlijk niet verplichten een bepaalde route te lopen.”

Bestuurlijke overeenkomst

“Als locatiemanager kom je in beeld wanneer de bestuurlijke overeenkomst is gesloten en er daadwerkelijk opvang gaat plaatsvinden. Oegstgeest heeft, met instemming van COA, gekozen voor een opvanglocatie met 175 statushouders. Die krijgen in de toekomst op basis van de taakstelling huisvesting in Oegstgeest of in vier andere gemeenten in de omgeving. Zij doen de inburgeringsactiviteiten in de gemeente waar ze gehuisvest worden. Zo starten deze mensen dus vroegtijdig met hun integratie en participatie.”

Spoedzoekers

“De gemeente besloot om in een ander gedeelte van deze voormalige GGZ-instelling 80 spoedzoekers te huisvesten via DivorceHousing. Mensen die als gevolg van een echtscheiding tijdelijk woonruimte nodig hebben. Na zes maanden verlaten zij deze tijdelijke vorm van huisvesting. Door twee doelgroepen op een locatie te huisvesten, geeft de gemeente invulling aan twee van haar maatschappelijke vraagstukken.”

Kennismaking

“Op 10 juli was ik voor het eerst in Oegstgeest. Samen met de gemeente organiseerden het COA en DivorceHousing een informatiemarkt voor omwonenden. Tijdens die bijeenkomst vertelden wij belangstellenden over het werk van het COA. Hoe vangen we mensen op en hoe begeleidt het COA statushouders. Ook konden de aanwezigen kenbaar maken of ze vrijwilligerswerk willen doen. Het was een gezellige, druk bezochte middag. Ik herinner me verschillende reacties van omwonenden: argwaan, veelal interesse, en de bereidheid kennis te maken met de doelgroep. Argwaan kunnen we niet bagatelliseren. Het is prettig als je daar op een respectvolle manier met elkaar over kunt praten.”  

Parkeren

“Omwonenden maakten zich onder meer zorgen of er met de komst van het azc en DivorceHousing nog wel genoeg parkeerplekken zouden zijn. Dat heeft een onderzoeksbureau vervolgens nagerekend. De uitkomst was dat het niet tot problemen zou moeten leiden. Azc-bewoners hebben over het algemeen geen auto en het aantal medewerkers op deze kleine locatie is beperkt.”

Schapen

“Een buurman met een schapenwei naast het azc maakte zich zorgen dat onze bewoners zijn schapen zouden gaan voeren of misschien nog wel erger. In ons werk is het belangrijk open te blijven staan voor elkaars werelden en verbindende aspecten op te zoeken. Die zijn er vaak. We hebben elkaar gesproken en onze contactgegevens gedeeld. Wij letten goed op en vertellen dit aan onze bewoners. Hij organiseert in het voorjaar voor de kinderen een knuffelmiddag met de lammetjes.”

Even buurten

“Eind oktober was er een inloopmiddag in het nog lege azc en konden buurtbewoners binnen komen kijken. We vertelden wederom over het werk van het COA, maar gaven nu ook een rondleiding door het bewonersgebouw. We liepen een korte bouwveilige route, want er werd nog volop verbouwd. Ik zie altijd mensen even de wenkbrauwen fronsen: in een azc wonen best veel mensen samen in kleine kamers. Vanuit ons westerse referentiekader is het lastig te bevatten dat dit in Nederland zo summier is ingericht.”

Kruidnoten

“Er waren bij de inloopmiddag al mensen met bloemen en kruidnoten om de bewoners welkom te heten die er toen nog niet waren. Toen op 1 november de eerste 81 statushouders in het azc arriveerden, kwamen vrijwilligersorganisaties en de gemeente welkomstpakketjes brengen. Ik vind het fijn als, ondanks alle rumoer rondom migratie in Europa, mensen openlijk laten zien dat vluchtelingen welkom zijn.”

Integratie en Participatie

“Medio november hebben we, in samenwerking met de gemeente, het eerste contact gelegd met vrijwilligersorganisaties. Vrijwilligerswerk moet voor beide partijen interessant zijn. Wat heeft de bewoner nodig? En wat wil een vrijwilliger bieden? Niet zomaar knutselmiddagen organiseren, maar vraag en aanbod bij elkaar brengen. Ik verwacht sowieso een taalaanbod. Vrijwilligers zijn ook een belangrijke ingang voor netwerken.”

#Meedoen

“De NT2-docent geeft in het azc al lessen Nederlands en binnenkort draaien we het volledige programma Voorinburgering. Aansluitend gaan bewoners natuurlijk ook het inburgeringstraject doen in de gemeente waar ze straks komen te wonen. Naast leren, is deelnemen aan de maatschappij belangrijk. Door mee te doen, leren statushouders de taal en ontwikkelen zij hun vaardigheden. Op mijn andere locatie in Rijswijk loopt het project #Meedoen. Bewoners doen allerlei vrijwilligersactiviteiten in de buurt. Een betekenisvol en waarde toevoegend project dat ik ook hier zal inzetten.” 

Complex

“Ik heb een team nodig dat volop met het activiteitenaanbod voor onze statushouders aan de slag gaat. Locatie Oegstgeest gaat echter niet open onder normale omstandigheden. Het COA opent in het hele land veel tijdelijke opvanglocaties en ervaren personeel ondersteunt op nieuwe plekken. In een samenleving waar iedereen kampt met personeelstekorten, is dit ook voor mij een uitdaging. Daardoor kunnen we in de praktijk nog niet alles doen wat we zouden willen doen.”

Vooruitkijken

“Ik ben nog druk bezig de locatie ‘up and running’ te krijgen. Voor de bewoners moeten we ervoor zorgen dat de verwarmingen in dit oude GGZ-gebouw het blijven doen, dat alles werkt. Er is nog geen wifi, we kunnen nog niet printen, het is op verschillende fronten nog houtje touwtje. Binnenkort ga ik samen met DivorceHousing om de tafel met de omwonenden over hoe zij de toekomst samen met ons zien. Daarnaast bouw ik samen met het team en samenwerkende partijen verder aan een open en robuuste werkstructuur. Dit staat de komende weken op mijn to-do-lijst.”