Tekst Sandra van Egmond
Foto Inge van Mill
De Syrische familie Ghadban kwam in juli 2014 aan in Nederland en woont inmiddels anderhalf jaar in Sassenheim. Hoe ervaren de Ghadbans het inburgeren in Nederland?
Als ik met fotografe Inge van Mill de eengezinswoning van de Ghadbans binnenstap, blijkt dat er speciaal voor ons wordt gekookt. We wachten een halfuurtje en spelen kwartet met de kinderen: Laian (8), Mahmoud (6) en Abadi (3). Aiman zet de tafel vol met hamburgers, verse frites en salades. “Niet alles op, geen interview,” grapt zijn vrouw Amenh. Aan tafel vertelt Aiman dat je in Syrië gasten altijd een maaltijd aanbiedt. “Familie, vrienden en buren komen spontaan langs en het is altijd gezellig.” Dat dat in Nederland anders is, daar moeten ze aan wennen. Aiman: “Hier zeggen de buren ‘hallo’ en maken we af en toe een afspraak voor de koffie.”
Chef-kok
Inburgeren in Nederland vinden de Ghadbans niet makkelijk. Amenh vindt het lastig om contact te maken door haar gebrekkige Nederlands. Aiman mist vooral zijn werk. “In Syrië werkte ik zestien uur per dag als chef-kok in vier restaurants. Ook in Nederland heb ik een tijdje in een paar restaurants gewerkt, maar dat lukte niet omdat ik de taal niet sprak. Als ik geen kipfilet nodig had maar kippendijfilet, hoe legde ik dat dan uit? In Syrië was ik eerst bouwvakker en ben ik na een ongeluk begonnen met bordenwassen in een restaurant. Ook hier moet ik weer opnieuw beginnen.”
Taal leren
Aiman en Amenh gaan vier keer per week naar een taalinstituut om Nederlands te leren. Amenh: “Daarnaast komen er iedere week mensen langs om taalles te geven. Een vrouw van VluchtelingenWerk, iemand van de bibliotheek en een buurman.” Aiman: “Ik heb aan VluchtelingenWerk gevraagd of ik binnenkort vrijwilligerswerk kan doen in de ouderenzorg, zodat ik de hele dag mijn Nederlands kan oefenen.” In de vier azc’s waar de familie Ghadban een jaar verbleef, kregen ze geen taalles omdat ze geen verblijfsvergunning hadden. Dat vindt Aiman jammer: “Als je drie woorden per dag leert, zijn dat er duizend in een jaar.”
Toekomst
Over de toekomst zijn de Ghadbans onzeker. Natuurlijk willen ze terug naar Syrië, maar volgens Aiman blijft het daar gevaarlijk. “Als Assad weg is, zijn de Assad-aanhangers niet weg en vrees ik nog steeds voor mijn leven.” Amenh: “Bovendien raken onze kinderen steeds meer ingeburgerd in Nederland en zij spreken en schrijven straks geen Arabisch meer. Laian spreekt nu al vloeiend Nederlands en krijgt elke zaterdag Arabische les.” Een ding weet Aiman wel zeker: hij wil weer aan het werk als chef-kok. “Als we hier de taal spreken, kunnen werken en Nederlandse vrienden hebben, willen we misschien nooit meer uit Nederland weg.”
Van Mill volgde de familie Ghadban anderhalf jaar lang intensief. Het resulteerde in een intieme serie over kennismaking van de Ghadbans met Nederland. Lees hier het artikel Hoe de Ghadbans zich nestelen in Sassenheim (Trouw, 29 december 2016).