Tekst Heleen Grimmius
Foto Kick Smeets
Meer dan honderd dagen is Aly van Berckel inmiddels hoofddirecteur van de IND. En in die periode heeft ze bepaald niet stilgezeten; ze bracht werkbezoeken aan een groot aantal locaties, sprak met medewerkers en ketenpartners en heeft zich in korte tijd de organisatie eigen gemaakt. VreemdelingenVisie sprak met haar over haar bevindingen en plannen voor de toekomst.
"Ik heb deze eerste periode als buitengewoon plezierig ervaren", vertelt Aly. "Iedereen heeft zijn best gedaan om mij hier welkom te laten voelen en dat is goed gelukt. Ik krijg veel ruimte om te leren en kennis op te doen, daar ben ik dankbaar voor."
Voor uw komst naar de IND werkte u als algemeen directeur bij de Douane. Dat lijkt me iets heel anders.
"Zeker. Elke beslissing die we bij de IND nemen, heeft impact op een mensenleven. Bij de Douane kun je een verdachte container wat langer op de kade houden, maar in dit werk kan dat niet; bij de IND gaat het over mensen. Toch zijn er ook overeenkomsten, zo spelen beide organisaties een belangrijke rol bij de bescherming van Nederland. Daarnaast is de Douane, net als de IND, een grote uitvoeringsorganisatie; erg dynamisch, internationaal en complex. Daar hou ik wel van, dus ik ben hier helemaal op mijn plek."
De vreemdelingenketen is nieuw voor u. Wat was uw beeld van de IND voordat u begon?
"Net als bij de meeste mensen werd mijn beeld vooral bepaald door de zaken die het nieuws halen, dat zijn meestal de asielzaken. Maar ik wist ook dat de IND door de hoge instroom een paar zware jaren achter de rug had en toe is aan herstel. Dat is niet eenvoudig. In het regeerakkoord staat dat we werken aan een menswaardig en effectief migratiebeleid; dat is een goed kader om vanuit te werken. Ik vind het mooi dat ik daar leiding aan mag geven."
Hoe is uw beeld van de organisatie tot nu toe?
"Op elke IND-locatie die ik bezoek, zie ik buitengewoon betrokken vakmensen. Elke dag zetten zij zich, samen met ketenpartners, met hart en ziel in voor het belangrijke werk dat we doen. Daar ben ik bijzonder trots op; we staan voor een flinke uitdaging en hebben onze mensen hard nodig. Voor wat betreft de beeldvorming over ons werk: het is jammer dat die vooral bepaald wordt door asiel, want we doen veel meer dan dat. Het beeld dat we alleen maar af zouden wijzen, doet geen recht aan de werkelijkheid. Onze medewerkers verdienen het dat dit beeld van de organisatie wordt bijgesteld. Daar wil ik hard aan werken."
Wat vindt u opvallend aan de IND?
"De IND is nog een relatief jonge organisatie, maar heeft grote ambities. Eén van de ambities is dat de IND een moderne dienstverlener wil zijn. Dat is een mooie ambitie, maar daarin moeten we nog een aantal slagen maken. En dat geldt ook voor de ambities om te komen tot een integraal en internationaal asielproces: niet alleen moeten we daar nog veel voor doen, we zijn daarin ook erg afhankelijk van anderen. Verder zou ik graag zien dat we meer differentiëren in de behandeling van aanvragen: we maken nog te weinig onderscheid in zaken van mensen die onze bescherming écht nodig hebben, en in zaken van mensen die geen enkele kans maken en snel zouden moeten terugkeren. Ik zou willen dat we minder tijd besteden aan zaken die niet kansrijk zijn, waardoor er meer ruimte ontstaat voor de behandeling van ingewikkelde zaken als LHBTI’s en bekeerlingen. Het regeerakkoord gaat ons helpen om onze processen te versnellen en verder te verbeteren."
Waar wilt u de komende tijd op inzetten met de IND?
"Bij alles wat we doen, moeten we onszelf de vraag stellen: wat betekent dit voor onze klant? Ik wil me daarbij graag laten inspireren door hoe andere organisaties over ons denken. In Ter Apel bijvoorbeeld, zitten verschillende organisaties onder één dak. Er wordt daar goed samengewerkt, maar systemen sluiten niet altijd op elkaar aan, waardoor data soms niet gedeeld kan worden. Ondanks dat de intenties goed zijn, gaat het nog niet vanzelf. Het is daarom belangrijk om met andere partijen op te trekken, uiteraard met respect voor ieders eigen rol en opdracht."
Heeft u veel contact met andere partijen in de vreemdelingenketen?
"Heel veel! We staan samen voor de maatschappelijke opgave om het vreemdelingenbeleid in Nederland uit te voeren. Daarin zijn alle betrokken organisaties sterk van elkaar afhankelijk. Met het COA en de DT&V heb ik wekelijks overleg, net als met de staatssecretaris en de DG Migratie. Niemand in de vreemdelingenketen staat op zichzelf, we hebben elkaar nodig. Ik merk dat ook de andere organisaties er zo inzitten. Voor mij staat vast dat een besluit pas een goed besluit is, als ook andere partijen daar uitvoering aan kunnen geven. Dat kunnen ook partijen zijn als gemeenten, NGO’s, de politie, KMar, het Nidos en VluchtelingenWerk Nederland. Ik hoor heel graag van hen hoe zij naar de IND kijken; hun beelden wil ik graag betrekken in de ontwikkeling van onze organisatie. Daar wordt niet alleen de IND beter van, maar de vreemdelingenketen als geheel."