Tekst Heleen Grimmius
Foto ANP

"Overlastgevend gedrag is volstrekt ontoelaatbaar en vraagt om een harde aanpak. Het kan niet zo zijn dat omwonenden van een azc of medewerkers die daar werkzaam zijn, zich onveilig voelen. Hetzelfde geldt voor de overige bewoners van een COA-locatie", aldus staatssecretaris Mark Harbers in een brief aan de Tweede Kamer. In de vreemdelingenketen wordt hard gewerkt aan het terugdringen van overlast door asielzoekers. VreemdelingenVisie sprak met IND, COA en DT&V over hun aanpak.

"We hebben een breed pakket aan maatregelen dat we kunnen inzetten", zegt Anthony Slinkert, unitmanager Uitvoering unit Zuid bij het COA. "Het varieert van een mondelinge waarschuwing tot het tijdelijk ontzeggen van de opvang, waarbij we dat laatste natuurlijk pas doen als alle andere mogelijkheden zijn uitgeput." Hoewel de overlast relatief vaak gepleegd wordt door asielzoekers uit zogenaamde ‘veilige landen’ en door Dublinclaimanten, zijn de redenen waarom mensen overlast veroorzaken heel divers, weet Slinkert. "Het kan gaan om verveling, maar we zien ook spanningen tussen mensen onderling. Die hebben soms een hele geschiedenis samen. Zo zijn er mensen die samen hebben gereisd, of mensen die slecht behandeld zijn door iemand uit een ander land of bevolkingsgroep. In alle gevallen zetten we in op gedragsverandering, daarin is een actieve rol weggelegd voor onze begeleiding."

Ebtl

Als het niet lukt de negatieve groepsdynamiek te doorbreken, kunnen één of meer asielzoekers worden overgeplaatst naar een andere locatie. Slinkert: "Dat kan een regulier azc zijn, maar ook een ebtl; een zogenaamde ‘Extra begeleiding en toezichtlocatie’. Daarvan hebben we er één in Hoogeveen en één in Amsterdam. In een ebtl heerst een sober regime en wordt met asielzoekers gewerkt aan het eigen gedrag. De bedoeling is dat iemand na maximaal drie maanden terug kan naar een regulier azc. Nieuw is dat we sinds een tijdje ook alleenstaande minderjarige vreemdelingen vanaf zestien jaar in een ebtl kunnen plaatsen, uiteraard gebeurt zoiets in nauwe samenwerking met onder meer voogdijinstelling Nidos. Ook hebben we de opvang voor amv ondergebracht in kleinere groepen met meer begeleiding."

Eigen rol

Samenwerking is essentieel, benadrukt Slinkert: "In diverse overleggen komen we met verschillende partijen bij elkaar. Samen met IND, DT&V, politie, OM en de gemeente kijken we naar wat er speelt en nodig is. Iedere organisatie speelt daarin zijn eigen, belangrijke rol: de IND kan bijvoorbeeld een zaak met voorrang behandelen, zodat procedures korter duren en er sneller gewerkt kan worden aan terugkeer door de DT&V. De politie kan aangiftes Europees koppelen, zo kunnen zij zien of iemand die hier opgepakt is voor winkeldiefstal, zich ook in een ander Europees land schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten. In die aangiftes worden ook lokale maatregelen meegewogen. We investeren in kennis en kunde van onze medewerkers, zodat zij om kunnen gaan met lastige situaties, en wij doen altijd aangifte als onze medewerkers onheus bejegend worden. Overlast mag nooit normaal worden."

asielzoekers

Instroom monitoren

Dat vindt ook Andy de Vos, operationeel manager bij de IND in Ter Apel: "Het gevoel van urgentie wordt door alle partijen gedeeld en de lijnen zijn kort. Ook in Ter Apel hebben we te maken met overlast en het onderwerp staat hier structureel op de agenda, niet alleen rond de jaarwisseling. Als IND monitoren we welke groepen vreemdelingen er binnenkomen: komen er veel dezelfde nationaliteiten tegelijkertijd binnen? Of veel alleenstaande jonge mannen? Dat zijn allemaal signalen die we meenemen en bespreken in verschillende overleggen. Als er sprake is van overlast, proberen we procedures zo snel mogelijk te behandelen of maatwerk te leveren. Dat gaat al heel goed bij vreemdelingen die afkomstig zijn uit een veilig land; hun procedure duurt gemiddeld slechts een week."

Procedure versnellen

Niet alleen wordt er ingezet op een snel proces, ook stappen in de procedure worden waar mogelijk versneld. De Vos: "Vreemdelingen die uit een veilig land komen, weten vaak zelf heel goed dat ze geen kans maken op een verblijfsvergunning. Hun doel is om de procedure zo lang mogelijk te vertragen en daarmee zo lang mogelijk in de opvang te blijven. In die gevallen gebeurt het nog weleens dat vreemdelingen niet verschijnen op hun gehoor. Als dat gebeurt, bekijken we of we iemand opnieuw uitnodigen of dat we de procedure buiten behandeling stellen. Hetzelfde doen we bij mensen die met onbekende bestemming vertrekken. Zo zorgen we ervoor dat er snel duidelijkheid komt over de beslissing en kan de DT&V sneller aan de slag met werken aan terugkeer."

Lange adem

Karlijn Wagenaar, adviseur bij de DT&V, is blij met de goede ketensamenwerking op dit thema. "Overlast staat op ieders agenda", vertelt ze. "In de hele vreemdelingenketen is het belangrijk dat we aan een goede dossieropbouw doen zodat we samen kunnen doorpakken. Tegelijkertijd zijn onze mogelijkheden beperkt. Zo kun je een vreemdeling niet in bewaring stellen enkel vanwege problemen met de openbare orde; dat is aan allerlei voorwaarden gebonden en mag bovendien alleen als er zicht op uitzetting is. Terugkeer vraagt vaak een lange adem. In veel gevallen beschikken vreemdelingen niet over geldige reisdocumenten en zijn zij niet bereid om actief te werken aan terugkeer. Daarnaast hebben we ook met landen van herkomst te maken die geen reisdocumenten willen afgeven als het om gedwongen terugkeer gaat. Dan is van een snelle terugkeer vaak geen sprake."

Samen optrekken

Ook nog lopende asielprocedures kunnen een obstakel vormen, weet Wagenaar. "We doen wat mogelijk is, maar natuurlijk hebben we te maken met juridische grenzen. Zo kunnen we bijvoorbeeld een meldplicht of vrijheidsbeperkende maatregel opleggen. In zo’n situatie zit een vreemdeling niet vast, maar mag hij de gemeente niet verlaten. Overtreedt iemand die grens, dan kan dat aanleiding zijn om hem in bewaring te stellen. Voor alle maatregelen geldt dat je steeds moet afwegen wat het beste is: als je bijvoorbeeld iemand in de ebtl plaatst, moet dat niet zijn terugkeer doorkruisen. Het blijft dus noodzakelijk om ieder geval individueel af te wegen. Als keten is het vooral belangrijk dat we samen optrekken, informatie uitwisselen, afstemmen en aan dossieropbouw doen. Om overlast effectief te bestrijden, hebben we elkaar nodig."