Tekst Sandra van Egmond
Foto Valerie Kuypers
Helen Zehaye komt uit Eritrea en moest als oudste kind in een asielzoekersgezin alles zelf ontdekken. Hoezo opgeven bij tegenslag? “Mijn vader zei altijd: als iets niet kan, zoek jij een manier waarop het tóch lukt.”
“Op mijn achttiende werkte ik een halfjaar bij Bakker Wiltink in Doetinchem. Dat was mijn eerste baantje. Het jaar daarvoor kon ik niet mee op schoolkamp, omdat mijn ouders daar geen geld voor hadden. Dit keer besloot ik het benodigde bedrag zelf te sparen. In de kerk kreeg ik via het nichtje van Bert Wiltink contact met de bakkerij. Ik was welkom en werkte daar eerst tegen een kleine vergoeding. Toen ik een verblijfsvergunning kreeg, draaide ik dag- en nachtdiensten en was ik een echte medewerker.”
Op de boerderij
De Eritrese Helen Zehaye (29) kwam in 1999 met haar ouders, broertje en vier zusjes naar Nederland. Ze woonden acht jaar in azc’s, waarvan de laatste drie jaar in Doetinchem. In 2007 was het gezin uitgeprocedeerd en moesten ze het azc verlaten. De familie Hendriksen, die zij kenden van de kerk in Doetinchem, ving hen een halfjaar op in hun boerderij. De ouders sliepen met de kleintjes in een caravan. Helen en haar oudste broertje kregen een kamer in de boerderij.
Geen stage
“In de periode op de boerderij kon ik niet door met mijn mbo-opleiding. Ik kreeg complimenten, omdat ik het goed deed op school. Maar zonder verblijfsvergunning mocht ik geen stage lopen. Alle jongeren uit mijn klas gingen verder en hadden het over hun vervolgopleiding. Behalve ik. Dat ligt gevoelig als je tiener bent. Ik dacht: ik kan zeuren, of ik doe thuis het laatste jaar opnieuw waardoor ik de stof beter beheers.”
Skiën in Oostenrijk
“Na een halfjaar zelfstudie en werken bij Bakker Wiltink werd onze procedure met hulp van de familie Hendriksen opnieuw opgestart. In 2007 kregen we alsnog een verblijfsvergunning en in 2008 een huis in Zelhem. Ik begon weer met school en had genoeg gespaard voor het schoolkamp: een week skiën in Oostenrijk. Dat was een bijzondere ervaring voor een meisje uit Afrika. Mijn vader was niet verbaasd. Hij zei altijd: als iets niet kan, zoek jij een manier waarop het tóch lukt.”
Tigrinya tolk
“Na mijn stage en eindexamen ging ik verder met mbo rechten, maar die richting was te moeilijk door mijn taalachterstand. De lerares zei: jij kunt beter in de horeca gaan werken. Ik dacht: nee! Mensen werken in de horeca als bijbaantje, waarom zou ik dat als vak kiezen? Ik studeerde verder in de richting van toerisme en luchtvaart en werd grondstewardess op Schiphol. Dat was leuk, maar ik wilde na een tijdje iets maatschappelijks doen. In 2014 werd ik Tigrinya tolk. Eerst voor de IND en later via Concorde bij verschillende organisaties.”
Verjaardag extra gevierd
“Ik tolkte via Concorde een jaar voor het COA in azc Dronten bij de training Kennis van de Nederlandse Maatschappij. Het was zó leuk om voor een klas Eritreeërs te staan. Ik wilde graag bij het COA werken. Toen ze vorig jaar een ‘projectmedewerker VOORwerk’ zochten, heb ik gereageerd. Ze stelden hoge functie-eisen, maar ik dacht: ik probeer het gewoon. De projectleider belde mij de dag voor mijn verjaardag.” Lachend: “Als ik een afwijzing zou krijgen, was mijn feestje verpest. Gelukkig was ik welkom in het team.”
Alles zelf ontdekken
“VOORwerk is een fantastisch project. Toen ik met deze functie begon, dacht ik: waarom hebben mijn ouders dat project niet kunnen doen! Wij hadden in het azc niet van dat soort ‘lucks’. Mijn vader heeft alleen baantjes gehad als aardbeien plukken of fietsen repareren in het azc. Mijn moeder werkte vanaf 2007 als vrijwilliger in een bejaardentehuis en doet dat nog steeds. Zelf had ik de VOORwerk-training ook graag gevolgd. Mijn ouders konden mij niet helpen bij mijn ontwikkeling. Ik was de oudste thuis en moest alles zelf ontdekken.”
Tolken bij Bakker Wiltink
"Als projectmedewerker VOORwerk ben ik de contactpersoon voor azc’s. Ik ondersteun de programmabegeleiders en casemanagers van het COA bij hun VOORwerk-werkzaamheden. Laatst ging de programmabegeleider van azc Zutphen met een groep Eritreeërs op excursie en vroeg of ik wilde tolken. Ik zei: natuurlijk, waar gaan jullie naartoe? Gingen ze een dag naar Bakker Wiltink! Je snapt wel hoe trots ik was toen ik daar stond. Ik dacht terug aan de tijd dat ik hard fietste om op tijd in de bakkerij te zijn en mijn schoolkamp te kunnen betalen. Ik realiseerde me opeens wat ik allemaal had bereikt.”
Met het programma VOORwerk worden de integratiekansen van vergunninghouders op de Nederlandse arbeidsmarkt verbeterd. Vergunninghouders worden begeleid bij de ontwikkeling van ‘soft skills’ die nodig zijn voor een duurzame inzetbaarheid. Inmiddels hebben 2500 vergunninghouders de training afgerond en heeft een deel hiervan relevante werkervaring opgedaan via vrijwilligerswerk of een stage. Het COA voert VOORwerk uit in samenwerking met IOM (Internationale Organisatie voor Migratie) en Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF.