Tekst Karin Lassche
Foto Martijn Tubbergen

Hoe ervaren asielzoekers hun asielprocedure en hoe beïnvloedt dit hun bereidheid om terug te keren na een afwijzing? Deze vragen staan centraal in het proefschrift van Martijn Tubbergen, in het dagelijks leven werkzaam als directeur bij DTenV. In dit interview praat ze samen met regievoerder Hanneke over wat de onderzoeksresultaten betekenen voor de praktijk.

Het onderzoek van Martijn Tubbergen is uniek te noemen. Want waar zeer regelmatig onderzoek wordt gedaan naar wat Nederlanders van asielzoekers en het asielsysteem vinden, is nu onderzoek gedaan naar hoe asielzoekers zelf de procedure beleven. Hierbij gaat het om de zogeheten ‘ervaren procedurele en institutionele legitimiteit’. Dat wil zeggen: in hoeverre vinden asielzoekers regels en procedures eerlijk en rechtvaardig, en in welke mate accepteren ze dat de overheid beslist over hun asielprocedure? Beide komen tot uitdrukking in een ervaren verplichting om besluiten te accepteren en na te leven. 

Draagvlak voor effectief migratiebeleid

De procedurele en institutionele legitimiteit zijn bepalend voor het draagvlak voor het migratiebeleid, en dus de acceptatie van een negatief asielbesluit. Dat draagvlak is van groot belang om effectief migratiebeleid te kunnen voeren. Want zowel asielzoekers zelf als hun (inter)nationale sociale netwerken, met bijvoorbeeld de advocatuur, ngo’s en werkgevers, kunnen terugkeer tegenwerken. In haar werk als directeur bij DTenV weet Martijn daar alles van.

martijn op podium
Martijn Tubbergen, directeur DTenV, tijdens de verdediging van haar proefschrift.

Martijn: ‘Na een afwijzing van de asielaanvraag is het meest gewenste scenario dat iemand vrijwillig terugkeert. Als iemand niet wil meewerken, bemoeilijkt dat ons werk. Maar vrijwillig vertrek is ook beter voor het land van herkomst, omdat mensen gemotiveerd zijn daar weer wat op bouwen. En het is beter voor de vreemdeling zelf, die hulp kan krijgen bij de reïntegratie van organisaties zoals DTenV, ngo’s of IOM (Internationale Organisatie voor Migratie). Mensen kunnen dan met een beter toekomstperspectief terugkeren.’

‘Het zou goed zijn om al bij binnenkomst van een asielzoeker uit te leggen welke uitkomsten mogelijk zijn’

Het was professor dr. Arjan Leerkens, Martijns promotor aan de universiteit van Maastricht, die Martijn uitnodigde om haar promotieonderzoek te baseren op eerdere bevindingen op het gebied van legitimiteit: ‘Uit onderzoek was bekend dat burgers zich beter houden aan overheidsbeleid als ze vinden dat besluiten eerlijk tot stand komen en ze zich met waardigheid en respect behandeld voelen. Er waren aanwijzingen dat dit ook het geval zou kunnen zijn bij asielmigratie.’ Uit het onderzoek van Martijn blijkt dat dit zeer waarschijnlijk het geval is.

Onderbouwing van het besluit

De uitkomst van het onderzoek laat onder andere zien dat het belangrijk is voor DTenV om niet alleen de gevolgen maar ook de inhoud van het asielbesluit te bespreken. Dit is iets wat Hanneke als regievoerder al altijd doet bij het eerste gesprek, ook al behoort dit niet de standaardwerkwijze. Hanneke: ‘Ik wil dit niet alleen overlaten aan de advocaat of de IND. Want mijn ervaring is dat als mensen weten waarom er geen grond is voor asiel, dit hen helpt te aanvaarden dat ze moeten terugkeren. Ook al zijn ze het er niet mee eens.’ Martijn vult aan: ‘Meer onderbouwing helpt asielzoekers mogelijk begrijpen waarom het systeem zo ingericht is. Dat kan de institutionele legitimiteit verhogen, los van de inhoud van het beleid.’ 

martijn in gesprek
Martijn in gesprek met een collega van DTenV.

‘Mijn onderzoek gaat nadrukkelijk niet over het asielbeleid zelf, maar over openheid en transparantie over het beleid’, aldus Martijn. ‘Het zou goed zijn om al bij binnenkomst aan een asielzoeker uit te leggen welke uitkomsten mogelijk zijn en een beeld te geven van wat er gebeurt bij toelating of terugkeer. Dat hoeft niet per se in persoon, dat zou je ook met behulp van moderne technologieën kunnen doen, zoals virtual reality.’ Hanneke bevestigt hierin de rol van het COA. ‘Denk aan de toekomsttrainingen in groepsverband waarin wordt uitgelegd welke kant het op kan. Daar is vaak geen tijd en aandacht meer voor door de drukte bij het COA, maar op de gezinslocatie waar ik werk is het de bedoeling deze trainingen weer structureel in te plannen.’

Betere communicatie

Behalve duidelijkheid spelen ook transparantie en een menselijke bejegening een rol bij de ervaren procedurele rechtvaardigheid. In het onderzoek keek Martijn daarvoor onder andere naar de brieven die een aanvrager krijgt van de IND, het COA en DTenV. ‘In het algemeen zijn de brieven die vreemdelingen van ons krijgen zakelijk en juridisch van aard, vol met moeilijke taal en alleen in het Nederlands. We hebben nu een project lopen om dat te verbeteren en daar ben ik heel blij mee. Want het maakt uit wat de toon is, of er begrip uit spreekt voor mensen en dat ze de inhoud kunnen begrijpen. Makkelijk woordgebruik en taal die mensen machtig zijn, maakt dat ze zo goed mogelijk geïnformeerd worden.’

Een opvallende uitkomst is dat zorgvuldigheid belangrijk is, maar ook door kan schieten. Zo zijn er documenten met acht pagina’s tekst over hoe de asielprocedure werkt, waarbij alle opties voor de procedurestappen worden uitgelegd. Dit gaat ten koste van de duidelijkheid en begrijpelijkheid. Ook is in de praktijk volledige transparantie een utopie. Asielzoekers laten niet altijd het achterste van hun tong zien, bijvoorbeeld om te voorkomen dat ze gedwongen uitgezet worden. En regievoerders van DTenV kunnen in hun gesprekken niet altijd volledig openheid van zaken geven.

rechtbank

Martijn: ‘Als iemand aan voelt komen dat hij uitgezet kan worden, dan is de kans groot dat hij of zij er vandoor gaat. Wat we wel goed doen als DTenV is dat we vertellen dat gedwongen terugkeer een optie is en wanneer dat aan de orde komt. Dus in die zin zijn we wel open en transparant over het proces.’

Kortere procedures

Een uitkomst die Martijn niet meteen had verwacht, is dat de wachttijd en vooral het niet weten hoe lang die zal zijn, een verband lijkt te hebben met ervaren procedurele legitimiteit.’ Hanneke herkent dit uit ervaring. ‘Als de procedure kort is denken mensen dat er niet naar ze is geluisterd, duurt het te lang dan worden ze heel moedeloos, moe en boos, vooral als ze niet weten hoe lang het nog gaat duren. Ik heb nu mensen in een herhaalde aanvraag zitten die al langer dan twee jaar wachten op een beslissing. Zijn mensen nog niet zo lang in Nederland, dan kunnen ze ook gemakkelijker accepteren dat ze terug moeten.’

folders

In het proefschrift doet Martijn de aanbeveling verder onderzoek te doen naar de tijdsduur. Ook geeft zij veel adviezen voor verbeteringen in de praktijk: zowel voor de overheid in het algemeen en IND, COA en DTenV in het bijzonder. 

Verder lezen

Aanmelden VreemdelingenVisie

Wil je de VreemdelingenVisie voortaan in je mailbox ontvangen? Meld je dan aan bij de redactie en je krijgt een bericht als er een nieuwe editie van VreemdelingenVisie is gepubliceerd.